Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Deze zelfde hoop zij getuige, en dit opgericht teken zij getuige, [81]dat ik tot u voorbij dezen hoop niet komen zal, en dat gij tot mij, voorbij dezen hoop en dit opgericht teken, niet komen zult ten kwade! 81. Anders, indien ik, te weten, mij verongelijkt mocht houden en voorbij passeren, dat ik het niet doen zal in vijandschap, maar in het vriendelijke; en gij insgelijks. Of anders aldus: indien ik het ben, die hier passeren zal na u, dat ik het niet ten kwade zal doen, noch gij van gelijken.